Uit recent onderzoek blijkt dat 15 % van de Nederlandse werkgevers in de afgelopen twee jaar al heeft besloten de opzegtermijn te verlengen om werknemers langer aan boord te houden. Inmiddels overweegt zo’n 50 % om dit voorbeeld te volgen.
Waarom verlengen?
Werkgevers kampen met instroomproblemen en willen verloop beperken. Door een langere opzegtermijn hopen zij meer tijd te winnen om vervanging te regelen en continuïteit in de organisatie te waarborgen.
Toch waarschuwen deskundigen voor een „vicieuze cirkel”: wie medewerkers langer laat blijven, kan daardoor juist moeite krijgen om nieuw talent binnen te halen.
Voorbeelden uit cao’s
In de cao voor gemeenten is sinds 2024 vastgelegd dat de opzegtermijn nu twee maanden bedraagt, in plaats van één maand zoals voorheen. Deze wijziging is bedoeld om organisaties meer rust te geven in personeelsplanning en om de werkdruk te beperken bij plotselinge uitval.
Verandering in mobiliteit op de arbeidsmarkt
Statistieken tonen aan dat werknemers de laatste jaren steeds minder vaak van baan wisselen. In het tweede kwartaal van dit jaar begon slechts 3,8 % van de werknemers aan een nieuw dienstverband, tegen 4,7 % in hetzelfde kwartaal in 2022. Vooral werknemers met flexcontracten en relatief korte dienstverbanden veranderen minder vaak van werkgever.
Conclusie & aandachtspunten
- Verlengde opzegtermijnen kunnen verloop tegengaan en ruimte bieden voor vervanging.
- Maar ze kunnen ook de arbeidsmobiliteit belemmeren en het werven van nieuw personeel bemoeilijken.
- Werkgevers doen er goed aan om zorgvuldig af te wegen welke termijn past bij hun personeelsstrategie.